Wanneer je lichaam spreekt
Een paar dagen geleden was ik, samen met mijn zus, in Frankrijk. Gewoon, om er een paar dagen uit te zijn. Toen ik op een bepaald moment in een winkeltje stond en wat sieraden aan het bekijken was, viel mijn oog op een spiegel in de etalage- en ik schrok. Ik zag een verdikking, onder in mijn hals. Ik voelde, keek nog een keer, en het bleek inderdaad zo te zijn: er was daar iets dik geworden, opgezet. Een angstig voorgevoel bekroop me en omdat ik er geen rust in kon vinden, besloot ik eerder terug naar huis te vertrekken. Ik maakte een afspraak met de huisarts, want ik voelde dat mijn lichaam me iets duidelijk probeerde te maken. ‘Dit is niet oké,’ hoorde ik mijn intuïtie zeggen.
De huisarts stelde me enigszins gerust: hij begreep mijn bezorgdheid, maar omdat ik gezond leef, is er geen grote kans dat het ernstig is. Stelde hij mij enigszins gerust.
Hij dacht eerder aan mijn schilderklier, en dat deed bij mij- en vast ook bij anderen- meteen een belletje rinkelen. Nu, waar stáát een probleem met de schilderklier voor?
Het is algemeen bekend dat dit een gevolg is van overmatige stress. Toen ik echter besloot ook zelf naar mijn lichaam te luisteren en me afvroeg wat het me eigenlijk duidelijk probeerde te maken, ontdekte ik echter nog iets: er is een connectie met zelfliefde die ik mezelf niet altijd geef, en de manier waarop ik liefde voor mezelf toelaat.
Ik hoorde mijn lichaam de waarheid tot me spreken, want het wilde me duidelijk iets vertellen (zoals ik dat zo vaak tegen mijn cliënten zeg). Je hebt te veel gegeven, jezelf te vaak weggecijferd, zei het.
Ik zorg niet genoeg voor mezelf, en het is ongetwijfeld iets wat velen zullen herkennen: geven tot je erbij neervalt, en daardoor voorbijschieten aan wat jíj nodig hebt. Eten is een goed voorbeeld- ik vergeet het vaak gewoon. Maar ook, en daarbij kom ik op het volgende belangrijke punt: uiten. Wat durf ik te zeggen, wat slik ik door? Wat zeul ik allemaal met me mee, wat krop ik op? En ik dacht dat ik echt wel een open boek ben maar toch…..
Ik realiseerde me dat er een heel stuk verdriet naar boven kwam, terwijl ik zo luisterde naar mijn lichaam en dat ik een hele belangrijke behoefte genegeerd had. Er zit veel verdriet nog vast. Veel uit mijn jeugd, uit mijn verleden, uit relaties met anderen. Het is alsof al mijn verdriet zich heeft opgekropt, en zich genesteld heeft rondom mijn schildklier. Het moet eruit, en het goede nieuws is dat ik dat mag.
Ik mag voor mezelf gaan zorgen, ik mag alles uitspreken. En ga ik ook doen. Het wordt tijd dat ik mezelf een stem geef en niet meer het weg slik. En wat mijn moeder mij vroeger oplegde, vertel het niemand denk er om. Dit is ons geheim. Maar mam ik ga die regel door breken nu.
Mijn biologische vader was een narcist, die mij als kind later ontkend heeft. Mijn tweede vader gaf me geen vaderlijke liefde zoals een kind nodig heeft en was daarbij homoseksueel, waarvan niemand wist dat ik het wist. Maar mijn moeder dat wel met mij wilde delen. En ik dat maar met me mee moest dragen als geheim. Het was een schande in die tijd maar ook voor mijn moeder die liefdevol met hem toch getrouwd was. Het was een dekmantel. Toch waren ze lief voor elkaar. Daarna trouwde ik met een man die me weinig tot als ik nu ook eerlijk ben geen liefde heeft gegeven, en waarvan ik jaar na jaar de meest pijnlijke woorden te horen kreeg en die ik óók moest slikken. En was mijn zoon 7 jaar lang zwaar verslaafd en kreeg ik ook het nodige naar mijn hoofd geslingerd in die tijd, wat ik maar slikte, ik kon en dorst niet veel anders toen.
Voor alles en iedereen had en heb ik begrip. Maar waar was mijn grens in het tot zover en niet verder?
Ik leer nu door naar mijn lichaam te luisteren dat ik dit niet langer bij mij wil dragen en mijn verdriet een stem mag hebben. En te praten, openlijk zonder schaamte of taboe, mijn emotie te uiten, te huilen, uit te spreken wat al zo lang op mijn hart ligt. Het moet uit mijn lijf, uit mijn systeem. Mijn lichaam schreeuwt erom… en laat het me letterlijk merken.
Ik heb nooit ware liefde ontvangen van een man- uiteindelijk heb ik mogen voelen dat het wel bestaat. Ik stond er opnieuw voor open.
Eén ding staat wel buiten kijf: ik moet het niet zoeken in anderen, maar bij mezelf. Een ander kan je altijd verlaten, maar op jezelf kan je altijd terugvallen. Dat is wat ik te leren heb van mijn lichaam: wees duidelijk, open en durf je te uiten.
Wat mijn schilderklier betreft: het is nu wachten op wat de radioloog gaat zeggen. Tot die tijd probeer ik lering te trekken uit wat ik allemaal voel, en wat het teweegbrengt.
Ik zou jou willen vragen: wat merk jíj aan je lichaam? Wat vertelt het je? Welke trauma’s, welk verdriet draag jij nu nog mee uit bijvoorbeeld je jeugd, en heb je al de moed gevonden daar hardop over te spreken?
Genezing is geen makkelijk proces, maar er is één regel die altijd geldt: om iets los te laten en door te gaan, moet er iets anders veranderen of afgebroken worden.
En dat in liefde voor jezelf.
Als je eindelijk begint jezelf lief te hebben, ruimte geeft aan de pijn en het lijden van b.v. vroeger, of wat het voor jou kan zijn, kan het licht doorbreken waar het al zo lang donker is. Op die manier kan je weg naar innerlijke heling beginnen.
Ik ga lief zijn voor mezelf.
Kusje weer van mij